Selby van Holthe is als filosoof een vreemde eend in de bijt bij Talis in Nijmegen. Als adviseur schoonheid en participatie wil ze de organisatie andere perspectieven bieden.
Selby van Holthe raakte een paar jaar geleden in een kroeg met Ronald Leushuis in gesprek. Toen ze de bestuurder van Talis vertelde over haar filosofische onderzoek naar schoonheid, sloeg hij daar direct op aan. ‘Schoonheid van bezit’ is een doelstelling van de corporatie in Nijmegen. Volgens Leushuis hadden medewerkers geen goed beeld bij deze doelstelling. Ze maakten een afspraak op kantoor en toen was het snel beklonken: Van Holthe kreeg de opdracht om het abstracte begrip schoonheid te onderzoeken.
Schoonheid ontstaat tussen een mens en zijn omgeving
De filosofie van de Duitse denker en dichter Hölderlin, het onderwerp van haar promotieonderzoek, is de inspiratiebron voor haar werk bij Talis. Een objectieve standaard voor schoonheid bestaat niet. En het gaat om meer dan de vraag of een huis mooi of lelijk is. Van Holthe ziet schoonheid als een tussenbegrip: het ontstaat in de ruimte tussen een mens en zijn omgeving, of dat nu een goddelijke kracht, de natuur of een gemeenschap is. ‘Ieder mens voelt het verlangen om ergens bij te horen. Als je je ergens thuis voelt, is dat een esthetische ervaring.’
Filosoof Selby van Holthe (1971) werkt als adviseur schoonheid en participatie bij Talis in Nijmegen. Daarnaast werkt ze in haar vrije uren aan de Radboud Universiteit Nijmegen aan haar promotieonderzoek over de filosofie van de Duitse denker en dichter Friedrich Hölderlin (1770-1843). Voor haar overstap naar de filosofie werkte ze in de gezondheidszorg, onder meer als directeur van een dermatologisch ziekenhuis.
Van Holthe ging eerst buiten Talis op onderzoek uit: ze sprak onder anderen met lokale bestuurders, de Rijksbouwmeester en voorzitter Martin van Rijn van Aedes. ‘Alle deuren gingen open. Schoonheid spreekt tot de verbeelding, tegelijkertijd vindt iedereen het een lastig begrip. Schoonheid is toch niet meetbaar? Hoe kunnen we het dan vertalen naar beleid? En: de gedachte om huurders te verheffen is uit de tijd, dus laten we voorzichtig zijn met die term.’
Vooral luisteren
Van Holthe wil het gesprek over schoonheid – ook binnen Talis – stimuleren. En daarbij verder kijken dan de woningen van de corporatie. ‘Ik was niet op zoek naar een definitie. Dan zet je een hekje om het begrip en stopt elke discussie. Ik ben nieuw in de corporatiesector en heb vooral geluisterd. Het meeste heb ik geleerd van de vakman op de bus. Als hij met de huurder na de klus een kopje koffie drinkt, noemt hij dat schoonheid. En dat is ook zo: dat contact geeft een gevoel van verbondenheid, ergens bij horen.’
‘Verschil levert iets op’
Als adviseur schoonheid en participatie is Van Holthe inmiddels in dienst bij Talis. Ze maakt onderdeel uit van het team Vastgoed, maar heeft een vrije rol. ‘Ik ben een vreemde eend in de bijt, dat vind ik leuk. In het begin moesten medewerkers aan mij wennen, wat komt zij doen? Maar ik word steeds vaker gevraagd om mee te denken. Bijvoorbeeld in een werkgroep over afval of bij een participatietraject.’
Allemaal onderdeel van het geheel
Niet voor niets is participatie – naast schoonheid – aan haar functie als adviseur toegevoegd. Participatie gaat juist om de wisselwerking tussen mens en omgeving. Volgens Van Holthe zit schoonheid in de strijd die daarmee gepaard gaat: niet iedereen, onderdeel van dezelfde gemeenschap (bijvoorbeeld een wijk), ervaart die gemeenschap op dezelfde manier. ‘Dat is lastig, maar niet erg. Verschil levert iets op. Dan komt een beweging op gang. Boze bewoners zijn niet leuk. Dat begrijp ik. Maar medewerkers kunnen leren omgaan met die wisselwerking en strijd.’
Volgens Van Holthe is het belangrijk dat medewerkers van de corporatie zich realiseren dat ook zíj participeren, niet alleen de huurders. En dat medewerkers nadenken over het grotere geheel, waarin huurders én zij, participeren. Ze verwijst naar het Oudgriekse begrip methexis: in een Griekse tragedie is het publiek onderdeel van de voorstelling. ‘Dat de corporatie zelf ook participeert, wat betekent dat? We zijn allemaal onderdeel van het grotere geheel, de gemeenschap. Wat is die gemeenschap? Het gaat mij niet om antwoorden. Wel om daar over na te denken.’
‘Dat de corporatie zelf ook participeert, wat betekent dat?’
Moraal van het verhaal
Van Holthe neemt vanuit haar vrije rol bij Talis vaak het initiatief. Zo organiseert ze een bijeenkomst met filosoof Henk Oosterling voor alle technisch beheerders en vaklieden van het team vastgoed. ‘Ik vind dat we meer gebruik kunnen maken van de kennis die zij over huurders hebben. De vaklieden van Talis komen bij de mensen thuis. Hoe kunnen we er bijvoorbeeld voor zorgen dat hun kennis op de goede plek belandt? Over dergelijke vragen gaan we samen in gesprek. Dat is óók participatie.’
Van Holthe prijst het bestuur van Talis om de moed om een filosoof in dienst te nemen. Ze wil de organisatie andere perpsectieven bieden. ‘Ik ben in huis gehaald zonder dat vooraf vaststaat wat de uitkomst is. De moraal van het verhaal is dat er beweging ontstaat als je andersdenkenden in huis haalt. Ik heb een heel leuke baan. Ik heb de kans gekregen om mij in te zetten voor mensen met een kleine portemonnee. Die net als ik, en ieder ander, op een fijne plek willen wonen en erbij willen horen.’
Schoonheid gaat, net als participatie, om de wisselwerking tussen mens en omgeving, zegt Selby van Holthe. Lees ook de verhalen over participatie in Aedes-Magazine 2/2024 – Participatie: een stem voor bewoners.