‘Luisteren zonder plannen vraagt nieuwe vaardigheden’

Inspraak is voor een corporatie van groot belang. Weten hoe huurders aankijken tegen de werkwijze en de prestaties van hun verhuurder is onmisbaar om goed werk te kunnen leveren.

Huurdersorganisaties voorzien in deze input en ze hebben natuurlijk een formele rol in het interne toezicht en overleg met gemeenten. Dat betekent een aantal goed geïnformeerde huurders die zeer nauw betrokken zijn bij het reilen en zeilen van de corporatie. Ik zeg het voorzichtig, maar misschien schuilt daarin tegelijkertijd ook een gevaar. Wat als huurdersinspraak teveel onderdeel wordt van het systeem?

Het blijft de kunst om voldoende kritiek en tegenspraak te organiseren. Een goede huurdersorganisatie hoort en ziet als het goed is meer dan corporatiemedewerkers. Ze moeten de ruimte voelen om het direct te laten weten als er dingen niet goed gaan of anders kunnen. Ik zeg altijd, beschouw iedere klacht als een cadeautje.

Neem bijvoorbeeld het grote aantal meldingen over vocht en schimmel. Die komen misschien doordat huurders minder stoken door hoge energiekosten en daarbij minder goed ventileren. Maar zoeken we de oorzaak soms niet te snel in huurdersgedrag? Vooral bij klachten over vocht en schimmel lopen de beleving en ervaringen van huurders en corporaties nogal eens uiteen. Juist dan is erkenning en goed overleg van wezenlijk belang.

En daarnaast moeten we organiseren dat inspraak meer participatie wordt. Dat betekent dat we vaker moeten luisteren zonder plan. Een grote uitdaging, want dat vraagt nieuwe vaardigheden. Eigenlijk moeten we niets voorleggen waar eigenlijk geen inspraak over mogelijk is.

Zeker met het oog op nieuwbouw moeten we organiseren dat we ook een stem geven aan de woningzoekenden en omwonenden. Als we voorstellen van deze groepen meenemen in de planvorming, vergroot dat draagvlak en waarschijnlijk ontstaat er iets waar de gemeente en corporatie zelf helemaal niet aan hadden gedacht. Dit kost misschien in de ideeën- en planfase wat meer tijd, maar uiteindelijk kom je elkaar minder tegen in bezwaarprocedures en ontstaat er iets waar meer mensen blij mee zijn.

In dit magazine komen verschillende voorbeelden aan bod van nieuwe inspirerende vormen van participatie. Ik hoop dat we al doende toegaan naar ‘inspraak nieuwe stijl’ waarbij we betrokkenheid van verschillende groepen vergroten én het tempo versnellen.